30 mei 2017

Paradisia - Sound Of Freedom

Paradisia is een Brits trio dat bestaat uit Sophie-Rose, Kristy en Anna. De eerste twee zijn gezegend met gouden keeltjes, terwijl de derde prachtig harp speelt. 

Op hun debuut Sound Of Freedom combineren Sophie-Rose, Kristy en Anna de gouden keeltjes en de sprookjesachtige harp met een hier en daar lekker vol klinkend geluid met vooral invloeden uit de folk en de pop. 

Van deze invloeden is de pop, zeker in de eerste tracks, belangrijker dan de folk, waardoor het debuut van Paradisia niet direct een plaat is voor liefhebbers van traditionele rootsmuziek. 

Liefhebbers van mooi verzorgde popliedjes vinden op het debuut van Paradisia echter veel van hun gading. In de meest ingetogen momenten zingen Sophie-Rose en Kristy soms vrijwel a capella en zorgt de harp van Anna voor een sprookjesachtige sfeer. 

Sound Of Freedom bevat echter voornamelijk wat voller ingekleurde songs. In deze songs klinkt het geluid van Paradisia zowel organisch als elektronisch en altijd staan de prachtige stemmen centraal. Het zijn stemmen die individueel prachtig klinken, maar wanneer Sophie-Rose en Kristy tweestemmig zingen verandert schoonheid in magie. 

De criticus zal beweren dat het Britse drietal wel erg netjes binnen de lijntjes van de folkpop kleurt. Dat is wat mij betreft slechts ten dele het geval. Paradisia heeft absoluut een zwak voor lekker in het gehoor liggende of zelfs hitgevoelige popliedjes, maar het drietal probeert ook steeds bijzondere accenten te leggen, waardoor het in Berlijn opgenomen Sound Of Freedom wat mij betreft een interessante plaat is, die flink wat raakvlakken heeft met het door mij gekoesterde debuut van HAIM. 

Paradisia heeft zich absoluut laten beïnvloeden door de r&b uit de jaren 90 en door het vocale vuurwerk van Wilson Phillips en The Corrs uit dezelfde periode, maar ook invloeden van een band als Prefab Sprout zijn goed hoorbaar, zeker wanneer Paradisia in muzikaal opzicht het avontuur opzoekt, wat het overigens op de tweede helft van de plaat steeds vaker doet. 

Paradisia vertrouwt uiteraard zwaar op de twee prachtige stemmen die het in huis heeft, maar is er toch in geslaagd om een gevarieerde plaat af te leveren. Wanneer de band op de tweede helft van de plaat begint aan een vertolking van Springsteen’s Dancing In The Dark dreigt het drietal ten onder te gaan aan overmoed, maar uiteindelijk vind ik de rond harp, piano en stemmen opgebouwde cover geslaagd en dat zal ik niet vaak zeggen wanneer anderen zich wagen aan de songs van The Boss. 

Omdat ik zelf niet vies ben van mooi verzorgde pop heeft Sound Of Freedom van Paradisia mij, vooral vanwege de bijzonder mooie stemmen, heel makkelijk overtuigt. Een ieder die wat meer moeite heeft met de verzorgde pop die Paradisia maakt kan het debuut van het drietal altijd nog omarmen als een ‘guilty pleasure’, want dat het drietal een steuntje in de rug verdient staat wat mij betreft niet ter discussie. Erwin Zijleman